FAQ

Uit de resultaten van de simulaties die Elia heeft uitgevoerd blijkt dat België elektriciteit zal moeten invoeren om aan al zijn behoeften te voldoen. Gelukkig maakt het Belgische elektriciteitsnet deel uit van één groot Europees net dat zich uitstrekt van Portugal tot Oekraïne. Bovendien hebben Elia en zijn buitenlandse collega-netbeheerders samen met de energiebeurzen een marktplatform opgericht waar op transparante wijze elektriciteit kan worden gekocht en verkocht in een gebied waarvan Frankrijk, België, Nederland, Duitsland en de Scandinavische landen deel uitmaken. Het Elia-net kan op die manier tijdens de winter tot 3500 MW importeren.

Uiteraard zijn de leveranciers verantwoordelijk om deze elektriciteit buiten onze grenzen aan te kopen. De rol van Elia is de elektriciteit vervoeren.

De Europese transmissienetbeheerders stellen voor elke winter vooruitzichten op die op Europees niveau worden gecoördineerd. Op basis daarvan wordt een ‘boordtabel’ opgesteld en kunnen eventuele kritieke situaties geïdentificeerd worden.

De situatie voor deze winter wordt als bevredigend beschouwd, maar met een matig risico op stroomonderbreking indien heel Europa wordt getroffen door een belangrijke koudegolf (lage temperaturen), samen met windstil weer en weinig zonlicht.

In een dergelijke situatie kan de elektriciteitsbehoefte - en dus het verbruik - inderdaad in heel Europa toenemen. In het bijzonder in landen zoals Frankrijk, waar men zich meer dan in andere landen met elektriciteit verwarmt. Als er geen wind en geen zonlicht is, kan uit die bronnen (wind en zon) geen elektriciteit worden opgewekt. In geval van elektriciteitsschaarste – indien er dus niet voldoende elektriciteit beschikbaar is om aan al de verbruiksbehoeften te voldoen - kunnen de overheden maatregelen nemen.

Wij kunnen het energieverbruik verlagen wanneer ieder van ons eenvoudige maar slimme maatregelen neemt:

• apparaten in waakstand uitzetten, lichten doven in vertrekken waar niemand aanwezig is, de temperatuur met 1° verlagen, enz.;
• we kunnen deze verbruiksverminderigen ook in de hand werken door onze gewoonten aan te passen zonder aan comfort in te boeten (soms het elektriciteitsverbruik - de vaatwasmachine of een droger aanzetten of strijken - uitstellen tot buiten de verbruikspiek).

Alle burgers kunnen door middel van eenvoudige ingrepen hun verbruik tijdens de kritieke uren (van 17 tot 20 uur) verminderen of vrijwillig uitstellen en zo hun steentje bijdragen tot het vermijden van extreme maatregelen zoals effectieve stroomonderbrekingen.

Uiteraard kunnen alle instellingen en bedrijven ook tot die inspanning bijdragen door gelijkaardige aanbevelingen toe te passen.

Meer info vindt u op onze website www.winterklaar.be.

Door middel van selectieve afschakeling kan het verbruik op het kritieke ogenblik (bijvoorbeeld op de verbruikspiek in de winter, tussen 18 en 20 uur) drastisch verlaagd worden door de elektriciteitstoevoer voor een gedeelte van de verbruikers af te sluiten. Dit om de productie en het verbruik op het Belgisch grondgebied in evenwicht te houden wanneer er te weinig elektriciteit beschikbaar is om alle behoeften te dekken. Daarmee wordt getracht om een grootschalig onevenwicht te vermijden waardoor het Belgische en Europese net zou instorten (‘black-out’).

Wie bepaalt welke verbruikers voor deze korte tijd zonder elektriciteit worden gezet?

Dit wordt geregeld door wettelijke bepalingen op basis van het principe van de ‘zo beperkt mogelijke gevolgen’. Daarin wordt bepaald welke types verbruikers als eerste worden afgesloten (landelijke gebieden - de dunst bevolkte gebieden en waar het minste verkeerslichten, liften, enz. zijn) en welke types verbruikers met voorrang bevoorraad moeten blijven (ziekenhuizen, Seveso-bedrijven die bij een stroomonderbreking negatieve gevolgen voor de bevolking kunnen veroorzaken, strategische sites, luchthavens, grote stadscentra, enz.).

In dit uiterste geval brengen de overheden de officiële instanties van de betrokken zones op de hoogte. Elia zorgt dan voor het doorsturen van de informatie.